Aan het eind van de Nieuwegracht reed een bulldozer door het water. Hij pakte met zijn greep een stapel bielzen die achter de machine in het water lag en legde het dan weer voor hem neer. De man met de oranje broek wees met de stok aan hoe ver de bielzen lagen, zodat de man in de bulldozer de bielzen netjes ervoor kon leggen. En elke keer kon hij dan een stukje verder rijden.